Nuttige handwerken

Columns 16 februari 2018 0

Mijn kinderen kunnen van alles, maar handwerken staat niet op het lijstje van praktische verworvenheden. Dus zat ik alweer een tijdje geleden tot ’s avonds laat emblemen op hun carnavalskleren te naaien. Net zoals ik altijd degene ben die knopen aanzet, losse zomen en scheurtjes dicht naait en kapotte ritsen vervangt. Ergens is er in de opvoeding van de kinderen iets misgegaan.

Ik ben nog van de generatie die op de lagere school les kreeg in breien, haken, borduren en dat soort zaken. ‘Nuttige handwerken’ heette dat toen. Alleen voor de meisjes natuurlijk. De jongens mochten stoere dingen doen met papier-maché, figuurzaagjes en soldeerbouten. Dat zou overigens snel veranderen. Mijn zusjes, die wat jonger zijn dan ik, kregen samen met de jongens handwerken én handenarbeid. Heel vooruitstrevend in de jaren zeventig van de vorige eeuw. Pas nog viel in een gesprek de naam Henk, een oud-klasgenoot van een van mijn zussen. Achteloos reageerde ze: “Ja, die ken ik wel. Die heb ik nog leren breien’. Ik vraag me af of die mannen nu ook knopen aanzetten en ritsen vervangen.

Met mijn dochters zat ik te verkennen of er nog een inhaalslag gemaakt moet worden. Straks gaan ze het huis uit en dan is het wel handig als je voor jezelf kunt zorgen. Ik heb ze leren koken, strijken, poetsen en wassen. Aan handwerken zijn we echter nauwelijks toegekomen.

Mijn kinderen vinden overigens dat ik behoorlijk overdrijf. Ja hoor, ík ben de uitzondering. Van hun vriendinnen heeft niemand een moeder (of vader) die zelf kleren maakt of handig is met naald en draad. “Dat is zo ouderwets, mam”. Misschien hebben ze gelijk. De grote stoffenmarkten die je vroeger in vrijwel elke stad of dorp had, zijn bijna verdwenen. Handwerkwinkels zijn er nauwelijks nog. Kleren zijn zo goedkoop geworden dat reparatie blijkbaar nauwelijks de moeite loont, maar toch.

Wie naait dan de gordijnen voor het kind dat op kamers gaat? En hoe regelen die vriendinnen dat met carnavalskleren? Het antwoord ligt voor de hand. Dat doen de oma’s. Alle vriendinnen hebben oma’s die leuke sjaals maken, kussenhoezen naaien en zelfs sokken breien. Dat lijkt me sowieso een ambacht dat nog maar weinigen beheersen.

Hier volgt een tip voor alle Nederlandse jongeren:

Als je duurzaamheid en zelfstandigheid belangrijk vindt, leer handwerken! Begin met punniken, oefen jezelf in haken en bereik de top met kantklossen. Als je dat moeilijk lijkt, houd het dan bij knopen aanzetten en emblemen opnaaien. Dat moet lukken. Tot die tijd investeer je in je oma, tantes en lieve buurvrouwen. Zij kunnen iets wat jij (nog) niet kunt.

Henny Wibbelink

Henny Wibbelink (52) is opgegroeid in de buurtschap Beuseberg, tussen Holten en Markelo. Tegenwoordig woont ze met haar gezin in het Brabantse Vlijmen, maar de band met de buurtschap is er nog steeds. Over de Beuseberg schreef ze een boek. Op haar werk bij de gemeente ’s-Hertogenbosch komt ze ook in aanraking met mensen die iets willen betekenen voor hun buurt- en wijkgenoten. ‘Modern noaberschap’ dus. Haar columns gaan over de verwondering over het plattelandsleven in het oosten van het land in de huidige tijd.

Plaats een reactie

0 Reacties